Kernactiviteit
Onze kernactiviteit is het geven van goed onderwijs. We bieden leerlingen kansen om zich optimaal te ontwikkelen en een zo hoog mogelijk diploma te halen. Ook bereiden we hen voor op de maatschappij en het vervolgonderwijs en laten we ze zien wat het inhoudt een christen te zijn in deze wereld.
Onderwijsontwikkeling vinden we belangrijk en is voor ons een continu proces. Omdat de wereld om ons heen snel verandert, passen we ons onderwijs steeds weer aan de nieuwe werkelijkheid aan. Wat hebben leerlingen van nu nodig voor hun toekomst? Op welke manier bereiken we het beste onze doelen en hoe zorgen we ervoor dat leerlingen een fijne schooltijd hebben en met plezier blijven leren?
Om deze onderwijsontwikkeling goed richting te blijven geven hebben we vier kernwaarden geformuleerd: christelijk, verbindend, levensecht en toekomstgericht! De betekenis van deze vier kernwaarde hebben we verder uitgewerkt in onze FilosoVisie.
In het leerplan ‘Samen talent ontwikkelen’ hebben we beschreven welke leidende principes we gebruiken om samen met leerlingen en ouders (de dynamische driehoek) te werken aan het bereiken van onderwijs- en ontwikkelingsdoelen. Ze helpen docenten en leerlingen om “het goede te doen”. Om datgene te doen dat binnen De Meerwaarde “de bedoeling” is: Ogen van leerlingen laten stralen!
- De ogen van leerlingen laten we stralen wanneer we
- zien wie zij zijn;
- hen ruimte geven;
- eerlijk zijn;
- hen verantwoordelijkheid geven;
- met hen samenwerken;
- hen op Jezus wijzen (wanneer we zoeken naar wat recht is).
In het afgelopen jaar hebben verder gewerkt aan de inhoud van onze leerroutes. Ons werkdocument ‘Zin in Leren’ is daarbij steeds leidend geweest. In dit voortschrijdend plan staat beschreven hoe we het onderwijs van de toekomst zien. Zin in Leren gaat uit van de motivatietheorie van Ryan en Deci, later door Luc Stevens uitgewerkt voor het onderwijs (Nivoz). Het beschrijft de natuurlijke, aangeboren neiging van mensen om bezig te zijn met interessante dingen en te zoeken naar verbintenissen tussen zichzelf en de wereld.
Ryan en Deci ontdekten dat onder die gerichtheid op groei en natuurlijke ontwikkeling een fundament ligt van drie psychologische basisbehoeften: een natuurlijke behoefte aan autonomie, relatie en competentie. Als daaraan is voldaan, dan is er welbevinden, motivatie, inzet en … zin in leren. Als echter één van de drie tekortgedaan wordt, dan ontstaan veel van de motivatieproblemen die op veel scholen ervaren worden.
De belangrijkste verandering die we hebben gerealiseerd is het formuleren van de visies op de leerroute. Deze visies zijn verwoord in de Leerrouteplannen en krijgen in 2022 een verdere concretisering in Vakgroepplannen. Op basis van de leerroutevisies zijn we de lessentabellen vorig jaar aangepast voor de GT en de Basis/Kader, Daarnaast zijn we met ingang van schooljaar 2021/2022 gaan werken met een 60-minuten rooster i.p.v. een 80-minuten rooster.
Deze keuze is gemaakt na een zorgvuldig onderzoek door een extern bureau onder leerlingen, ouders en onderwijspersoneel.
Leerlingenaantallen
In het jaar 2021 zijn we qua instroom gestegen. Het totaal aantal leerlingen is echter gedaald vanwege een grote uitstroom. Om een inschatting te maken van de leerlingaantallen van de komende schooljaren worden prognose gebruikt van de instanties VOION, DUO en de gemeente Barneveld. Deze vergelijken we met onze eigen prognose die is gebaseerd op de werkelijke leerlingaantallen van de toeleverende scholen aan De Meerwaarde in combinatie met het procentuele ‘marktaandeel’ per school van leerlingen die naar De Meerwaarde gaan. De prognoses van de instanties laten een bescheiden doch gestage jaarlijkse groei zien van 0,5% . De eigen prognose laat daarentegen een stabilisatie zien van leerlingen. In het strategisch beleidsplan is ten doel gesteld dat we de leerlingaantallen willen laten groeien tot 1900 leerlingen. Programmatische marketing en communicatie inspanningen worden ondernomen om dat doel te bereiken.
Geografisch voedingsgebied
Onze leerlingen komen uit een grote regio die zijn grenzen kent bij Amersfoort, Leusden, Ede, Veenendaal, Harskamp, Kootwijk, Garderen, Putten en Nijkerk. De leerlingen die het verst weg wonen, wonen 21 kilometer bij ons vandaan.
Ongeveer 50% van onze leerlingen komt uit de kern van Barneveld. Ongeveer 25% komt uit Ede, waarvan een groot gedeelte uit Lunteren (10,5%); een plaats die sterk georiënteerd is op Barneveld.
Uit welke gemeente komen de leerlingen in 2020-2021?

Aanbod opleidingen
Wij bieden een breed scala aan opleidingsmogelijkheden.
De Meerwaarde biedt zes profielen: Zorg en Welzijn (Z&W), Economie en ondernemen (E&O), Groen (Landbouw), Bouwen, Wonen en Interieur (BWI), Mobiliteit en Transport (M&T) en Produceren, installeren en energie (PIE). Alle profielen kunnen op drie niveaus afgesloten worden: de basisberoepsgerichte leerweg, de kaderberoepsgerichte leerweg en de gemengd-/theoretische leerweg. Naast deze profielen en leerwegen biedt De Meerwaarde Praktijkonderwijs.
De Meerwaarde werkt voor het aanbod van mbo-opleidingen samen met MBO Amersfoort. De opleidingen die worden aangeboden zijn BBL-opleidingen niveau 2 en 3 Bouwtechniek op MBO locatie De Meerwaarde. In augustus 2020 zijn we gestart met BGO, de Barneveldse Gezondheidszorgopleiding in woonzorgcentrum Neboplus in Barneveld. Een mooie samenwerking tussen De Meerwaarde, MBO-Amersfoort en Neboplus. Er worden twee BOL opleidingen aangeboden: Helpende Zorg en Welzijn niveau 2 en Verzorgende IG niveau 3. De studenten draaien dagelijks mee in de zorg bij Neboplus en volgen hun lessen op dezelfde locatie. Zo is er een mooie stap gemaakt naar betekenisvol leren in de praktijk: Onderwijs in bedrijf!
De Meerwaarde is verantwoordelijk voor de uitvoering van het curriculum en MBO Amersfoort verzorgt de examinering.
Docenten van het Praktijkonderwijs verzorgen op De Meerwaarde, in samenwerking met MBO Amersfoort, de Entree-opleiding.
Profielen/sectoren
De meeste leerlingen in leerjaar 4 van de basisberoepsgerichte leerweg deden in schooljaar 2020-2021 examen in de profielen Techniek (51,8%): M&T 22,4%, BWI 15,3 % en PIE 14,1%. De opleiding Z&W werd door 24,7% van de leerlingen in deze leerweg gevolgd, Groen door 15,3%, en E&O door 8,2%.
Ten opzichte van 2020 nam het percentage leerlingen dat binnen deze leerweg examen deed toe bij Techniek (6,8%), bleef het percentage gelijk bij Z&W en liep het wat terug bij Groen (2,7%,) en E&O (4,8%).
vmbo-b
- Bouwen, wonen en interieur
- Economie en ondernemen
- Groen
- Mobiliteit en transport
- Produceren, installeren en energie
- Zorg en Welzijn
- Bouwen, wonen en interieur
- Economie en ondernemen
- Groen
- Mobiliteit en transport
- Produceren, installeren en energie
- Zorg en Welzijn
Ook bij de kaderberoepsgerichte leerweg blijft het profiel Techniek (41,3%) het meest gekozen profiel: M&T 10,5%, BWI 22,1% en PIE 8,7%. Voor het profiel Z&W koos 21,5% van de leerlingen, voor Economie 22,7% en voor profiel Groen 14,5% van de leerlingen.
Ten opzichte van 2020 nam het percentage leerlingen dat binnen deze leerweg examen deed toe bij Techniek (7,3%), waar vooral meer gekozen werd voor BWI en liep het wat terug bij E&O (0,3%), Groen (3,5%,) en bij Z&W (3,5%).
vmbo-k
- Bouwen, wonen en interieur
- Economie en ondernemen
- Groen
- Mobiliteit en transport
- Produceren, installeren en energie
- Zorg en Welzijn
- Bouwen, wonen en interieur
- Economie en ondernemen
- Groen
- Mobiliteit en transport
- Produceren, installeren en energie
- Zorg en Welzijn
Net zoals in de andere leerwegen kiezen we op De Meerwaarde ook in de gemengd/theoretische leerweg voor praktisch onderwijs, omdat we van mening zijn dat praktisch onderwijs motiveert én bijdraagt aan een goede oriëntatie en keuze voor een vervolgopleiding, gevolgd door een goede doorstroom in het vervolgonderwijs.
De leerlingen in deze leerweg hebben in 2021 opnieuw examen gedaan in een beroepsgerichte profielvak naast de 5 of 6 avo-vakken.
vmbo-(g)t
- Economie en ondernemen
- Groen
- Techniek
- Zorg en Welzijn
- Economie en ondernemen
- Groen
- Techniek
- Zorg en Welzijn
Waar in 2020 qua leerlingenaantallen per profiel nog sprake was van groei bij E&O en Z&W en daling van het percentage bij Groen (3,6%) en Techniek (3,7%) was de situatie 2020 net andersom: een groei bij Techniek (6,6%) en Groen (1,7%) en een daling bij Z&W (6,1%) en E&O (2,2%).
Praktijkonderwijs
De afdeling Praktijkonderwijs (PrO) heeft een eigen Brinnummer en zijn eigen plek binnen De Meerwaarde. Er is een Leerrouteplan PrO dat aansluit bij het schoolbrede Leerplan en de FilosoVisie van De Meerwaarde. Ook is er een eigen website, gekoppeld aan de website van De Meerwaarde en een eigen schoolgids. Het Praktijkonderwijs kenmerkt zich door leerlingen met een extra ondersteuningsbehoefte. Zij hebben allemaal een toelaatbaarheidsverklaring van het samenwerkingsverband POBV. Er wordt voor iedere leerling gewerkt met een Ontwikkelplan (OP). Hierin staat beschreven welk eindperspectief nagestreefd wordt en op welke manier daaraan gewerkt gaat worden. De Schakelklas en de Entree-opleiding behoren ook tot de afdeling Praktijkonderwijs.
Kernactiviteit
Het Praktijkonderwijs biedt leerlingen eindonderwijs; het leidt op voor wonen, vrije tijd, burgerschap en arbeidsmarkt. Het onderwijs bereidt voor op het functioneren in de samenleving, nu en in de toekomst.
In het praktijkonderwijs gaat het om talentontwikkeling, het centraal stellen van de leerling en maatwerk. Het curriculum bestaat uit theoretisch onderwijs, persoonlijkheidsvorming, sociale vorming en arbeidstraining. Rekenen en Taal krijgen veel aandacht om hiermee doorstroom naar het mbo open te houden. Het gaat ook bij deze leerlingen om ‘Meer bereiken dan mogelijk lijkt!’ en Wegeloven in elk talent.
Aantal leerlingen afdeling PrO
Het praktijkonderwijs heeft wat betreft leerlingenaantallen tot en met het jaar 2019 een daling gekend. In het afgelopen jaar heeft weer groei plaatsgevonden. Het leerlingenaantal is gestegen van 173 (1-10-2019) naar 184 (1-10-2021) leerlingen. Deze 184 leerlingen zijn onder te verdelen in 162 leerlingen Praktijkonderwijs en 22 leerlingen Schakelklas.
Leerlingbegeleidingssysteem (lbs) Presentis
Voor de verdere doorontwikkeling van de begeleiding van leerlingen gebruiken we het programma Presentis. Presentis is een digitaal begeleidingssysteem voor vraaggericht onderwijs. Het programma is speciaal ontwikkeld voor het PrO. De implementatie van het begeleidingssysteem heeft plaatsgevonden in schooljaar 2018/2019 aan de hand van onze projectmethodiek “Projectmatig Creëren”. Vanaf 2019/2020 wordt het volledige programma gebruikt inclusief de mogelijkheid om de functionaliteit te gebruiken via een app op mobiele devices.
Entree-opleiding
In samenwerking met het MBO Amersfoort verzorgt het PrO de volgende MBO-opleidingen:
- Entree horeca
- Entree dienstverlening en zorg
- Entree logistiek
- Entree verkoop/winkel
- Entree techniek
- Entree plant en leefomgeving
- Entree mobiliteit
Entree kent twee varianten op De Meerwaarde:
- Entree-werken: gericht op uitstroom naar werk (arbeidscompetenties en het beroepsgerichteprogramma en taal en rekenen op 1F)
- Entree-leren: gericht op uitstroom naar mbo-niveau 2 (arbeidscompetenties, hetberoepsgerichte programma en rekenen/taal op 2F).
Transitieklas
De leerlingen uit deze klas stromen uit naar een reguliere baan. Wanneer regulier niet mogelijk is, wordt voor deze leerlingen een werkplek gezocht in een meer beschermde omgeving met meer begeleiding.
Schakelklas
Voor leerlingen die na de basisschool nog een extra ontwikkeljaar nodig hebben, bieden we een traject in de Schakelklas aan. In dit schakeljaar krijgen de leerlingen veel taal en rekenen waardoor ze beter voorbereid zijn op het VO. Leerlingen met een PrO-indicatie gaan niet naar de Schakelklas, omdat de Schakelklas leerlingen voorbereid op het regulier VO.
Opbrengsten Praktijkonderwijs
Na klas 3 worden de leerlingen ingedeeld op hun uitstroomperspectief. De mogelijkheden zijn: MBO Entree-Werken, MBO Entree-Leren en de Transitieklas.
Er zijn totaal 48 leerlingen uitgestroomd. 30 leerlingen hebben het Entree-diploma behaald. Van de twee leerlingen die geen Entree hebben gehaald heeft er één uitstel gekregen en is er één naar het MBO gegaan om door te leren. Daarmee heeft ruim 62 % van onze uitstroom het Entree-diploma gehaald en daar zijn we erg blij mee. Leerlingen krijgen hierdoor meer kansen op de arbeidsmarkt en meer mogelijkheden om verder te leren op niveau 2.
Waar komen de leerlingen die in 2019-2020 uitstroomden terecht? (in %)
- De Meerwaarde
- Vergelijkingsgroep
Onderwijskundige ontwikkelingen praktijkonderwijs
In het praktijkonderwijs werken we vanuit onze ambitie en onze missie is daarbij: Bouw je droom! Om deze ambitie waar te maken zijn we als team PrO gestart met didactisch coachen. Concreet betekent dit dat we als begeleiders (docenten, mentoren, jobcoaches) meer vragen stellen en de leerlingen begeleiden bij het vinden van de voor hem/haar passende antwoorden.
Daarnaast zijn we gestart met leerlingen te leren goed om te gaan met feedback/feedforward. We willen leerlingen leren zelf verantwoordelijkheid te dragen voor zijn eigen gedrag en leren. Op dit niveau zal een leerling dan ook beter gemotiveerd werken aan zijn/haar droom.
Door het opleiden van onze bovenbouwdocenten tot jobcoach kunnen we leerlingen op een goede manier begeleiden naar een baan en of vervolgopleiding.
De onderbouwdocenten zijn gestart met het project van V&F didactisch coachen. Er is een sterke behoefte bij deze docenten om samen te groeien in de rol als docent. Ook wordt ingezet op de groei als team door ook zelf meer open te staan voor feedback en onderlinge coaching of het leren van elkaar.
Examenresultaten vmbo
De examinering in coronatijd in schooljaar 2020/2021, is net zoals het schooljaar ervoor, anders verlopen dan de jaren ervoor.
Het schoolexamen en het centraal examen gingen dat schooljaar beide door, met uitzondering van het centraal examen in de beroepsgerichte profielvakken op het vmbo (het CSPE). Net als in ieder regulier jaar behaalden de leerlingen op basis van de resultaten van het centraal examen en het schoolexamen het diploma. Wel zijn er een aantal maatregelen genomen ten aanzien van het examen:
- De mogelijkheid werd geboden om het eindcijfer van één vak niet te betrekken bij de uitslagbepaling. Dit mocht geen kernvak zijn en was alleen van toepassing voor de leerlingen waarvoor dat schooljaar de uitslag wordt bepaald. Deze mogelijkheid kon worden ingezet als de leerling hierdoor alsnog kon slagen en stond los van de herkansingsmogelijkheden.
Op de cijferlijst bij het diploma werden alle resultaten vermeld, ook het resultaat van het vak dat bij de uitslagbepaling buiten beschouwing was gelaten. - Het tweede tijdvak werd uitgebreid van vier naar tien dagen, zodat leerlingen die in het eerste tijdvak ziek waren of in quarantaine zaten een deel van of het volledige centraal examen konden afleggen in het tweede tijdvak. Ook bood het de mogelijkheid voor leerlingen die vanwege achterstanden meer tijd nodig hadden voor de voorbereiding op het centraal examen van een of meerdere vakken, om het centraal examen te spreiden over het eerste en het tweede tijdvak;
- Er werd een extra herkansingstijdvak (derde tijdvak) gefaciliteerd op school waarin leerlingen examens konden herkansen;
- Eindexamenleerlingen die opgingen voor het diploma kregen een extra herkansingsmogelijkheid (twee in plaats van één). Zij konden dit zowel in het tweede als het derde tijdvak doen.
- Het beroepsgerichte profielvak in het vmbo werd dit schooljaar afgesloten met een schoolexamen in plaats van een centraal schriftelijk en praktische examen (cspe). Het resultaat van dit schoolexamen werd betrokken in de toepassing van de 5,5-regel;
De grootste groep leerlingen deed in schooljaar 2020-2021 examen in de kaderberoepsgerichte leerweg (42,4 %). Dit percentage ligt iets lager dan vorig jaar, net zoals dit geldt voor de gemengd/theoretische leerweg (36,7%). In de basisberoepsgerichte leerweg steeg het percentage licht (20,9%)
Verdeling examenleerlingen over de verschillende onderwijssoorten in percentages
- 2017-2018
- 2018-2019
- 2019-2020
- 2017-2018
- 2018-2019
- 2019-2020
Ondanks de bijzondere omstandigheden en dankzij de grote inzet van leerlingen en personeel hebben we de examenperiode goed af kunnen ronden en zijn we dankbaar voor de prachtige examenresultaten die in 2021 behaald zijn:
- In de basisberoepsgerichte leerweg is 1 van de 85 leerlingen afgewezen en is het slaagpercentage 98,8%. Dit ligt iets lager het landelijk slaagpercentage (99,3%).
- Het slaagpercentage voor de kaderberoepsgerichte leerweg kwam uit op 98,8%. Dit ligt iets lager dan het landelijk gemiddelde (99%). In deze leerweg zijn 2 van de 172 leerlingen afgewezen.
- De gemengd/theoretische leerweg behaalde een slaagpercentage van 99,3%, wat boven het landelijk gemiddelde (96,4%) ligt. Van de 149 leerlingen is er 1 leerling afgewezen.
Al met al zijn de slaagpercentages redelijk in lijn met de slaagpercentages van de afgelopen jaren.
Slaagpercentage van de school in 2020-2021
- De Meerwaarde
- Landelijk gemiddelde
- De Meerwaarde
- Landelijk gemiddelde
Slaagpercentage van de school in de afgelopen jaren
- 2018-2019
- 2019-2020
- 2020-2021
- 2018-2019
- 2019-2020
- 2020-2021
Vervolgonderwijs
Nadat de opleiding op De Meerwaarde is afgerond, stromen de meeste leerlingen door naar het MBO. In onderstaand overzicht is te zien hoe de leerlingen doorgestroomd zijn. In de meeste gevallen naar de verschillende niveaus van het MBO.
Waar kwamen de leerlingen na het examen in 2018-2019
In 2020 stroomden 442 leerlingen uit:
- 97 leerlingen gingen naar MBO Amersfoort (21,9%)
- 52 leerlingen naar Dulon (11,8%)
- 40 leerlingen naar Aventus (9%)
- 33 leerlingen naar ROC Landstede (7,5%)
- 33 leerlingen naar ROC Midden Nederland (7,5%)
- 32 leerlingen naar Technova College (7,2%)
- 31 leerlingen naar Aeres MBO Barneveld (7%)
- 29 leerlingen naar Rijn IJssel (6,6%)
- 25 leerlingen naar Hoornbeeck College (5,7%)
- 6 leerlingen naar de HAVO (1,4%)
De overige leerlingen stroomden, op een paar na, door naar andere mbo-opleidingen in de regio. Vermeldenswaardig is dat van een mooie groep leerlingen die zich aanmeldde bij MBO-Amersfoort, ervoor koos om de MBO-opleiding (Bouwtechniek, Helpende Zorg & Welzijn of Helpende IG) te volgen bij het MBO in Barneveld.
Wat was de situatie na één jaar van de leerlingen die examen deden in 2018-2019?
Uit onderstaande overzichten van scholenopdekaart.nl blijkt dat onze leerlingen het op het MBO goed doen. In de basisberoepsgerichte leerweg ligt het doorstroompercentage in het mbo op 95,1%, in de kaderberoepsgerichte leerweg op 95,4% en in de gemengd-/theoretische leerweg voor het mbo op 93,3% en voor de HAVO op 5,3%. Als we naar de vergelijkingsgroep kijken kunnen we concluderen dat onze leerlingen vanuit alle drie de leerwegen goed doorstromen in de gekozen MBO-opleiding. Een mooi resultaat van de Loopbaanoriëntatie –en begeleiding (LOB) binnen de verschillende teams en de aansturing hiervan door teamleiders en decanen.
Onderwijskundige en onderwijs-programmatische zaken
Ondanks de bijzondere omstandigheden ook op onze school hebben er in 2021 mooie onderwijsontwikkelingen plaatsgevonden op De Meerwaarde.
Leerplan
Ons prachtige onderwijsgebouw voldoet aan de voorwaarden voor goed onderwijs. Wat volgens ons goed onderwijs is, hebben we beschreven in ons Leerplan. Dit Leerplan is continu in ontwikkeling. Jaarlijks zijn er zaken die van buitenaf op ons afkomen en waar we de keuze moeten maken of we er wel of niet iets mee gaan doen in ons onderwijsprogramma. Het leerplan, of de onderwijsontwikkeling, is opgenomen in de Planning & Control-cyclus zodat het een richtinggevend instrument is voor de planvorming in teams en leergebieden.
Sinds schooljaar 2019/2020 werken we per Leerroute aan het realiseren van onze onderwijskundige visie. Hiervoor hebben we drie documenten waarin de onderwijskundige koers uitgewerkt is:
- Leerplan Schoolbreed – Leerplan
- Leerplan per Leerroute – Leerrouteplan
- Leerplan per Vakgroep – Vakgroepplan
Deze leerplannen zijn beschreven volgens het Spinnenweb van Van den Akker (SLO).

Goede start
De ontwikkeling van de laatste jaren van het Leerplan en het pedagogisch kader leiden tot een nieuwe manier van kijken naar de leerling en zijn of haar ontwikkeling. Dit vroeg om een ander, verbindend en vernieuwd onderwijsprogramma voor leerjaar 1. In het Strategisch Beleidsplan 2021- 2024 is aangegeven dat hoewel we de inhoudelijke ambities zowel qua leerdoelen als leerinhoud willen handhaven, we het tempo van realisatie vanwege COVID-19 zullen moeten aanpassen. Niettemin bleef de ambitie om te starten in schooljaar 2021-22 waarbij de verdere ontwikkeling in de jaarlijkse cyclus via een groeimodel verder kan worden uitgewerkt. Het is gelukt om in schooljaar 2021-22 een eerste start te maken en er zijn aanbevelingen geformuleerd voor de hogere leerjaren.
De voorbereiding in schooljaar 2020-2021 is gestart middels de kerngroep Goede Start waarin vier expertgroepen van start gegaan, onder aanvoering van een expert uit EBC.
De vier expertgroepen zijn:
- Niveaubepaling
- Sociaal-emotionele begeleiding
- Keuzebegeleiding
- Vaardighedenonderwijs
De resultaten uit de expertgroepen (kaders/succescriteria) geven richting aan de verdere ontwikkeling en uitwerking in de teams en vakgroepen.
Daarnaast is een werkgroep een onderzoek gestart naar een volgsysteem (vergelijkbaar met Presentis bij Pro). Een systeem dat ons helpt goed zicht te houden op de totale ontwikkeling van de leerling.
Niveaubepaling
We spreken bij leerjaar 1 over een Startplaatsing, met een voorlopige indeling in niveaus (B/K/GT). De lessen worden per leerroute gericht op één niveau met differentiatie. Waar nodig – en dat deden we ook al – laten we leerlingen per vak op een ander niveau werken. Dit is maatwerk.
De bepaling van het niveau of potentieel van de leerling gebeurt op basis van een onderbouwd totaalbeeld van de leerling. Dit totaalbeeld omvat niet alleen een inschatting van het kennisniveau van de leerling, maar ook vaardigheden als werkhouding spelen een rol. Niveaubepaling komt tot stand in samenspraak tussen leerling, ouders/verzorgers en school. Het besluit over en de eindverantwoordelijkheid voor deze niveaubepaling ligt bij school.
Eind leerjaar 1 volgt een plaatsingsadvies (april/mei) met daarna de voorlopige leerrouteplaatsing in leerjaar 2 en een definitieve leerrouteplaatsing in leerjaar 3.
De GTX-route voor leerlingen met een havo-profiel blijft bestaan, maar we gaan gedurende leerjaar 1 kijken welke leerlingen geschikt zijn om deze route helemaal te gaan volgen. De GTX start dus definitief vanaf leerjaar 2 en zo is leerjaar 1 dus een voorlopige plaatsing.
Sociaal emotionele begeleiding
Het is belangrijk dat er qua sociaal-emotionele begeleiding tegemoet gekomen wordt aan de individuele ondersteuningsbehoefte van de leerling, maar dat er tegelijkertijd ook aandacht is voor samenwerking in de groep, rekeninghouden met elkaar en van elkaar kunnen leren.
Hierbij is een belangrijke rol weggelegd voor de mentor die, bijvoorbeeld tijdens begeleidingsuren, mentorgesprekken kan voeren met individuele leerlingen, of met de klas over samenwerken in de klas.
Keuzebegeleiding
Goede begeleiding bij het maken van een (voorlopige) keuze voor een profiel, die aansluit bij de interesses en talenten van een leerling is van groot belang. De voorlopige keuze wordt gemaakt bij overstap van leerjaar 1 naar leerjaar 2; de definitieve keuze wordt gemaakt bij de overstap naar leerjaar 3. Mentoren en LOB-ers begeleiden de leerlingen bij het maken van een goede keuze.
- Er is een programma voor de Praktische profieloriëntatie (PPO) in Leerjaar 1 ontwikkeld.
- Er wordt momenteel een programma voor de Praktische profieloriëntatie (PPO) in Leerjaar 2 ontwikkeld.
- In leerjaar 1 krijgen de leerlingen Talenttijd (o.a. beroepsgerichte vakken) aangeboden, dat ook bijdraagt aan het maken van een goede keuze.
Vaardighedenonderwijs
Op De Meerwaarde beschouwen we Brede Vorming als een aanbod van (onderwijs)
activiteiten, dat gericht is op de persoonlijke ontwikkeling van leerlingen. Met Brede Vorming willen we leerlingen handvatten meegeven; met deze handvatten krijgen de leerlingen kennis en vaardigheden aangereikt die hen kunnen helpen om de regie over hun leven op een constructieve manier te vergroten. Kort samengevat: we willen onze leerlingen leren op welke wijze zij goed kunnen zorgen voor zichzelf, de ander en hun omgeving.
Project Brede vorming heeft in 2020 een overzicht van vaardigheden opgeleverd, met daarbij een voorstel voor een eenduidig onderwijsprogramma:
- voor alle leerjaren en alle leerroutes
- met leerdoelen, leerinhouden en succescriteria
- met adviezen over zinvolle activiteiten en vervolgstappen
- met voorstellen ten aanzien van het evalueren van voorgestelde doelen en succescriteria.
De inhoud van Brede Vorming betreft tien thema’s:
- Sociaal emotionele ontwikkeling
- Een fysiek actieve levensstijl
- Voorkomen en herkennen van vormen van verslavingsgedrag
- Persoonlijke verzorging
- Constructief omgaan met relaties en seksualiteit
- Veiligheid
- Verantwoorde voeding
- Constructief deelnemen aan de Nederlandse samenleving
- Identiteitsontwikkeling
- Constructief kunnen omgaan met allerlei vormen van media
-
Vanuit bovenstaand aanbod is een keuze gemaakt ten aanzien van vaardigheden die bij de Goede Start in leerjaar 1 aan bod komen.
Van 80 minuten naar 60 minuten
In schooljaar 2020 – 2021 hebben teamleiders, samen met hun directeur gewerkt aan het realiseren van een nieuwe lessentabel voor de leerroutes Basis-Kader, GT en PrO, waarbij ook rekening gehouden is met een omzetting van de lesduur van 80 naar 60 minuten. In februari 2021 heeft de GMR ingestemd met de nieuwe lessentabellen.
In de nieuwe lessentabellen:
- is sprake van doorgaande leerlijnen van de leerroutes;
- hebben de opbrengsten van de projecten Keuzebegeleiding en Brede Vorming een duidelijke plek gekregen;
- is sprake van passende tijd om de kerndoelen en eindtermen af te dekken.
Daarnaast heeft een werkgroep de omzetting van de lessentabel van 80-minuten naar 60-minuten gerealiseerd en zijn we schooljaar 2021-2022 gestart met een 60-minutenrooster.
Onderwijs op afstand
Vanaf maart 2020 hebben we te maken gekregen met gedeeltelijke en volledige sluiting van het schoolgebouw. Vanaf het allereerste moment hebben we gewerkt aan onderwijs op afstand. Schoolbreed hebben we sindsdien zoveel geleerd en ontwikkeld, dat we nu met korte schakeltijd in staat zijn het onderwijs in aangepaste vorm doorgang te laten vinden ondanks beperkende maatregelen of lockdowns.
Flexibel en wendbaar (FWO)
Een project dat in 2020 vanwege COVID-19 naar voren is gehaald is het project ‘flexibel en wendbaar onderwijs’. Onder flexibel en wendbaar onderwijs verstaan we onderwijs dat niet of minder afhankelijk is van tijd of ruimte. Leerlingen kunnen op elke plek en op elk tijdstip werken aan hun ontwikkeling. De afhankelijkheid van de docent wordt hiermee ook anders van aard.
We hebben FWO in het Leerplan 2021/2025 opgenomen: “Op De Meerwaarde wordt een hybride vorm van onderwijs beoogd, dat flexibel en wendbaar vorm gegeven wordt. Hybride onderwijs: plaats en tijd onafhankelijk onderwijs, georganiseerd met on- en offline middelen”. Per leerroute moet gekeken worden wat daarbij passend is voor de doelgroep en dat wordt vastgelegd in de leerroute- en vakgroepplannen.
FWO is in de basis opgezet volgens de methodiek van ‘vier in balans’, waarbij de volgende resultaten zijn benoemd:
- Visie m.b.t. leermiddelen (inclusief ELO);
- Docenten en Direct Onderwijs ondersteunend Personeel hebben kennis, kunde en een positieve houding om ICT zoveel mogelijk in te zetten voor het onderwijs (professionalisering);
- Er is voldoende inhoud en er zijn voldoende toepassingen om onderwijs met ICT in te zetten;
- Infrastructuur is passend (BYOD).

In de eerste fase van het project maakte een geplande VIA-visitatie voor een 0-meting onderdeel uit van het project. Helaas is de VIA-visitatie vanwege COVID-omstandigheden twee keer op het allerlaatste moment uitgesteld en vervolgens verplaatst naar 2023. Na het eerste uitstel is besloten om een aantal zaken parallel op te pakken. Dat heeft tot de volgende voortgang geleid:
- Visie m.b.t. leermiddelen. Vanuit alle vakgroepen is input gevraagd en ontvangen hoe zij met digitale leermiddelen willen omgaan. De visieontwikkeling op de eenduidige inzet van ELO is volgens de laatste rapportage nu in een vergevorderd stadium. Vastgesteld is dat voor wat betreft de visie op leermiddelen en de inzet van de ELO er geen belemmeringen liggen voor praktische vervolgstappen in de organisatie. Bovendien zijn er vanuit onderwijskundig perspectief eenduidige vervolgdoelen gedefinieerd, zie daarover hieronder;
- Vastgesteld is, dat de invoering van meer devices geen andere werkwijze vraagt van de docenten dan de huidige situatie. Van het ICT beheer daarentegen wel. Daar heeft de noodzakelijke kennisoverdracht plaatsgevonden en deze wordt nu toegepast in een pilot bij Zorg & Welzijn waar alle leerlingen en docenten nu al werken met een eigen device. Daarmee kan in de praktijk worden vastgesteld in welke mate we al het kennisniveau hebben bereikt dat we nodig hebben voor de ‘roll out’ van een device per leerling;
- Intern is onderzoek gedaan naar gebruik en behoefte van digitale leermiddelen. Alle teamleiders en vakgroepleiders zijn geïnterviewd, de analyse is gemaakt, het advies is gegeven hoe we gefaseerd kunnen groeien naar meer devices in de organisatie, het advies is overgenomen in MT (besluit) en de GMR heeft ermee ingestemd.
- Samen met onze partner Veltwerk is vastgesteld dat onze infrastructuur passend is voor onze toekomstige ambities.
Op basis van 4 in balans is besloten tot een gefaseerde ‘roll out’ van devices per leerling. Voor de volgende fase van het project F&W zijn in 2021 aanvullende, deels leerroute overstijgende, doelen gedefinieerd vanuit onderwijskundig perspectief. Zo is het niet alleen belangrijk dat leerlingen op verschillende plekken onderwijs kunnen volgen (op school, op stage, thuis, etc.), maar willen we leerroute overstijgend ook mogelijk maken dat leerlingen vakken op verschillende niveaus kunnen volgen. Bovendien wordt vanuit het traject om onze visie op begeleiding te herijken en de ambitie om daarin nog inclusiever te kunnen zijn duidelijk dat we begeleiding nog meer integraal, dichtbij en in het onderwijs willen laten plaatsvinden. Dat betekent dat leerlingen passend kunnen worden begeleid bij verschillende ondersteuningsbehoeften en bij verschillende vakken. Verder moeten we dan ook waar mogelijk er rekening mee houden dat leerlingen passend kunnen worden begeleid bij verschillende ondersteuningsbehoeften in verband met een diagnose. Dit moet er ook toe leiden dat leerlingen en ouders/verzorgers meer eenduidigheid zullen ervaren binnen leerroutes en teams met betrekking tot onderwijsprocessen (inclusief de begeleiding) en de ELO. Als laatste is hierin van belang dat er over de leerjaren heen een ontwikkeling ondersteund kan worden. Leerlingen moeten daarmee de mogelijkheden krijgen om te groeien in verantwoordelijkheid ten aanzien van hun eigen leerproces. Leerlingen kunnen daarin bijvoorbeeld in toenemende mate meer ruimte krijgen, om hun (week-) programma en tijd zelfstandig in te delen.
Het is mooi te constateren hoe in het project verschillende zaken bij elkaar komen. Tegelijkertijd geeft het ook steeds meer zicht op de complexiteit van de opgave. Vanuit het project is aangegeven dat om bovenstaande doelen te realiseren het van cruciaal belang is dat de toets-programma’s (PTO’s en PTA’s) van de verschillende leerroutes zo veel als mogelijk op elkaar afgestemd worden (een en ander ook passend binnen de formatieve visie zoals die in het Leerplan is vastgelegd). De examencommissie is gevraagd om een advies te geven wat daar voor nodig is. De directie heeft deze adviezen overgenomen en er is in november een plan van aanpak vastgesteld voor het vervolg. De examencommissie en toetscommissie worden voor de begeleiding van dit traject nadrukkelijk betrokken.
Tenslotte gaat ook De Meerwaarde-academie hierin een onmisbare rol vervullen; zij werkt aan een deskundigheidsbevorderingsprogramma op het gebied van FWO. Je kunt hierbij denken aan:
- De leraar is digitaal basisvaardig2.
- De leraar is vaardig in het gebruik van de ELO of Presentis-functionaliteiten.
- De leraar is vaardig in het gebruik van LVS-JIJ.
Formatief evalueren
In schooljaar 2020-2021 heeft de ontwikkeling naar een meer formatieve vorm van evalueren in de lessen zich voortgezet.
- Er is een schoolbrede visie op FE
- Er is een Expertgroep FE
- Elk team heeft een FE- expert
We zien de formatieve aanpak inmiddels niet alleen steeds vaker in de lessen terug, maar ook bij verschillende ontwikkelingen, bijvoorbeeld rondom kwaliteit. Daarom spreken we liever over formatief denken en handelen, als het gaat om schoolbrede ontwikkelingen en ontwikkelingen in de leerroutes.
Nu we in Leerroutes werken is het dan ook belangrijk dat in de Leerrouteplannen concreet verwoord wordt aan welke doelen gewerkt wordt en dat vervolgens op de goede plek de dialoog gevoerd wordt over wat goed onderwijs is om de ontwikkeling van leerlingen zo optimaal mogelijk te ondersteunen. De FE-experts kunnen hierbij een mooie rol hebben.
Doorlopende leerlijnen VMBO-MBO
De ambitie van De Meerwaarde is om passende opleidingen aan te bieden, om zo de doorstroom van vmbo en PrO naar een vervolgopleiding zo soepel en succesvol mogelijk te laten verlopen. Doelstelling was om in 2021 intern en bij relevante educatieve partners een verkenning te laten plaatsvinden qua aansluiting vmbo-mbo. Vanuit de aanbevelingen kan dan vervolgens een visie op ‘doorlopende leerroutes’ worden opgesteld. Binnen dit traject is er eigenlijk een hoop gebeurd.
Voor de ontwikkeling aan doorlopende leerlijnen is het afgelopen schooljaar gewerkt aan drie inhoudelijke trajecten:
- VMBO-Entree
- Er is een visie op VMBO-Entree
- Er is een proces (met MBO Amersfoort) beschreven waarin we toewerken naar realisatie in schooljaar 22/23. Het project VMBO-Entree levert op in maart 2022.
- Sprintroute GT
- Er is een visie op de Sprintroute.
- Er is een proces (met MBO-Amersfoort) beschreven waarin we toewerken naar realisatie in schooljaar 23/24.
- Doorgaande leerlingen Techniek (BWI, PIE en M&T)
- In samenwerking met MBO Amersfoort is er een Projectgroep vmbo-mbo ingesteld voor de routes Bouwtechniek, Mobiliteit & Transport en Produceren, Installeren en Energie. In de verschillende werkgroepen werken docenten samen aan de doorlopende leerroute voor het betreffende profiel. De tussenoplevering van het Project staat gepland halverwege 2022
Bij de verkenning van mogelijkheden voor doorlopende leerroutes worden ook BTO, BBO en BGO betrokken. Daarnaast is er een bestuurlijke intentieovereenkomst voor een verkenning op doorlopende leerroutes afgesloten met de Christelijke Onderwijsgroep Vallei & Gelderland-Midden (waaronder COG Het Perron, Leerpark Presikhaaf, Technova en Dulon College vallen), Het Streek College en Pantarijn waarbij De Meerwaarde via één van de onderwijsdirecteuren participeert in de stuurgroep.
Sterk techniekonderwijs (STO)
Bij STO werken we regionaal samen met Het Streek Ede, Het Perron Veenendaal en Pantarijn Wageningen. De Meerwaarde werkt naast het regionale spoor (project 1) aan een intern spoor via drie deelprojecten (project 2 tot en met 4). Hieronder verantwoorden we de voortgang voor 2021, waarbij ook voor ons in eigen huis gold dat COVID-19 zowel voor de voortgang intern als voor de voortgang van deeltrajecten met externe partners serieuze impact heeft gehad, maar dat we daar weer flink op ingelopen zijn. Voor wat betreft het deel van de activiteiten die zijn gerelateerd aan de eerdere impulsgelden hebben we zelfs ruim weten in te lopen. Onderstaand worden de 4 projecten beschreven:
- In project 1 STO ‘In de regio’ hebben we het onderwerp Hybride Docentschap opgepakt en een webinar hierover georganiseerd. Dat heeft een mooie discussie opgeleverd en dat vraagt om een vervolg. Om in de regio de basisscholen te ondersteunen bij hun programma Wetenschap & Technologie (W&T) is het W&T kompas ontwikkeld. Dit is een instrument waarbij wordt onderzocht hoe W&T op de basisscholen loopt en wat de scholen nodig hebben om verder te komen. In een later stadium pakken we het onderwerp TechMentality op en hierbij gaat het over welke beelden leerlingen, ouders en leerkrachten in het basisonderwijs hebben over techniek.
- In project 2 STO gaat het over de aansluiting PO – VO. Doel van dit deelproject is het ontwikkelen van een doorlopende leerlijn wetenschap & technologie (W&T) vanaf groep 7 van de basisschool. Hier is een mooie samenwerking ontstaan met 3 basisscholen van 3 verschillende scholenkoepels in Barneveld; Stichting Hervormde Scholen Ede, Barneveld en omstreken De Drieslag, PCO Gelderse Vallei en Stichting Openbaar Primair Onderwijs Eem-Vallei Educatief (STEV). Deze basisscholen participeren in de PMC projectgroep en de focus ligt momenteel op het ontwikkelen van thema’s die De Meerwaarde verzorgt en gaat verzorgen voor leerlingen van groep 7 en 8. De gekozen didactiek is het concept van onderzoekend, ontdekkend en ontwerpend leren. Bij het ontwikkelen van de thema’s kijken we naar het model van “de 7 werelden van Techniek” in relatie met het programma W&T. Via deze 7 werelden krijgen basisschoolleerlingen echt de mogelijkheid zich op de breedte van techniek te oriënteren.Niet alleen het ontwikkeltraject met de basisscholen combineren we met het huisvestingsproject. STO maakt het ook mogelijk dat de inrichting van de Techniekhal passend en doelmatig kan worden gerealiseerd.Begin 2022 zal bestuurlijk een samenwerkingsovereenkomst worden getekend als basis voor hoe na de projectperiode de samenwerking kan worden geborgd en voortgezet. Ondertussen onderhouden wij ook constructief contact met het reformatorische basisonderwijs en het Van Lodenstein College. Omdat ook BTO zich actief oriënteert op hoe leerlingen van basisscholen en het voortgezet onderwijs geïnteresseerd kunnen worden voor techniek onderhouden we hier ook via korte lijnen direct contact. Ook de contacten met het Johannes Fontanus College zijn zowel regionaal via de regionale STO-aanpak in de FoodValley als op bestuurlijk niveau in het Barneveldse geborgd.
- Project 3 STO gaat over Techniek op het VMBO in de breedste zin van het woord. Doel van dit deelproject is om duurzaam technisch onderwijs te realiseren. Verder willen we vernieuwing en kwaliteit inbedden door nauw samen te werken met partners. Dat wordt opgepakt via de lijnen innovaties en moderne apparatuur en professionalisering van docenten. Met dit deelproject wil De Meerwaarde de oriëntatie voor leerlingen en docenten beter afstemmen op de ontwikkelingen in de sectoren van nu en in de toekomst. Denk aan de energietransitie, connectivity, smart industry, smart mobility, robotisering, domotica e.d. Daarbij willen we ook door meer en gerichtere begeleiding meer leerrendement halen uit het techniekonderwijs.De projectgroep is gestart met het ontwikkelen van een visie op techniek en hoe dat eruit kan zien binnen alle profielen, leerjaren en leerwegen. Logischerwijs sluit deze visie aan bij de visie van De Meerwaarde. Vanuit alle profielen zijn wensen/ thema’s ingediend om een plek te krijgen in project 3 STO. En daarbij is het gelukt om op de verschillende thema’s mensen in te zetten diegefaciliteerd zijn vanuit STO om komend schooljaar hiermee aan de slag te gaan. In 2021 zijn de gefaciliteerde docenten aan de slag gegaan met het doorontwikkelen en onderzoeken van keuzedelen voor Produceren Installeren en Energie (PIE). Het gaat dan om Duurzaamheid, Domotica, Slimme TG voor Gemengd-Theoretische en Kaderleerlingen. Het doorontwikkelen en onderzoeken keuzedelen Mobiliteit & Transport betreft Elektronica en Electrische voertuigen voor GT- en Basis/Kaderleerlingen. Voor Economie & Ondernemen gaat het om Mediavormgeving en ICT/ Webshop. Bij Zorg & Welzijn om een keuzevak Zorg en technologie en bij Groen om Levensmiddelen technologie. Tevens hebben we gezorgd voor een bredere inbedding van techniek in de praktische sector oriëntatie in de opzet van Goede Start (het eerste leerjaar). Daarbij kunnen leerlingen uit sectoren als Groen, Economie & Ondernemen en Zorg & Welzijn ook kennismaken met relevante technische ontwikkelingen. Ook voor het tweede leerjaar is de ontwikkeling van een beroepsgericht leerjaar middels technieklessen voor de drie profielen BWI, PIE en M&T opgepakt.
- Project 4 STO heeft betrekking op de doorlopende leerroutes VMBO – MBO.
Doel is het realiseren van: een duidelijke visie op doorlopende leerroutes Techniek: BWI-PIE- M&T, wat betreft kwalificatie, socialisatie en persoonsvorming en daarnaast doorlopende leerroutes, waarbij het onderwijs verdiept, versneld of verrijkt wordt. Daarvoor zijn we in gesprek gegaan met onze samenwerkingspartner MBO Amersfoort. Inmiddels zijn er 3 werkgroepen geformeerd: BWI, PIE en M&T.
Internationalisering
Op De Meerwaarde vinden we het belangrijk dat de leerlingen in de gelegenheid worden gesteld om levensecht te leren. Om hieraan tegemoet te komen, worden projecten ontwikkeld waarin leerlingen uitgedaagd worden om aan de slag te gaan met het oplossen van levensechte dilemma’s. Bij de moderne vreemde taal Duits krijgen leerlingen te maken met taken en opdrachten die een realistisch beeld van Duitsland met haar taal en cultuur geven.
De activiteiten in het jaar 2021 zijn door de Lockdown en de beperkende maatregelen niet van de grond gekomen. We hopen de internationale activiteiten de komende jaren in gelijksoortige en nieuwe vormen voort te zetten.
Prestatiebox voortgezet onderwijs
Ook in 2020—2021 verstrekte het ministerie van OC&W weer een bedrag per leerling, met als doel de uitvoering van de afspraken in het Bestuursakkoord en Sectorakkoord VO, in het bijzonder de landelijke streefdoelen.
Uitdagend onderwijs voor iedere leerling
Iedere leerling op De Meerwaarde heeft recht op goed onderwijs dat haar of hem motiveert en uitdaagt het beste uit zichzelf te halen.
Ook in 2021 hebben we, zoals reeds beschreven bij “Onderwijskundige en onderwijs- programmatische zaken” gewerkt aan het ontwikkelen van leerroutes waarbinnen sprake is van onderwijs dat leerlingen motiveert:
- Een Goede Start in leerjaar 1, waarbij sprake is van:
- goede keuzebegeleiding, zodat leerlingen al een (voorlopige) profielkeuze kunnen maken bij de overgang naar leerjaar 2, want een profiel volgen dat aansluit bij je interesses en talenten motiveert!
- goede sociaal-emotionele begeleiding’
- aandacht voor niveaubepaling: o.a. het goed monitoren van de leerlingen.
- Brede vorming: persoonlijke ontwikkeling van leerlingen en vormende activiteiten voor de
leerlingen van leerjaar 1-4. De resultaten van project Burgerschap, de vaardigheden die we onze leerlingen willen leren is in schooljaar 2020/2021 uitgewerkt in een concreet curriculum. Vanaf schooljaar 2021/2022 wordt er in de leerroutes gestart met de eerste activiteiten in ons onderwijsprogramma.
Eigentijdse voorzieningen
In schooljaar 2019/2020 hebben we vastgesteld aan welke digitale vaardigheden al onze leerlingen in de leerroutes gaan werken. Corona en onderwijs op afstand hebben bijgedragen aan een verdere ontwikkeling van onderwijs met gebruik van ICT. We willen ons onderwijs nog verder eigentijds en toekomstgericht vormgeven, door leerlingen meer digitaal onderwijs aan te bieden, zodat ze hierdoor ook digitaal vaardiger worden. Het project “Flexibel en wendbaar”, dat in schooljaar 2020/2021 van start is gegaan zal daar zeker aan bijdragen. Hierbij wordt gebruik gemaakt van het model “Vier in balans”.
Doelstellingen zijn:
- Het onderwijs op De Meerwaarde is flexibel en wendbaar;
- In het onderwijs wordt doelgericht gebruik gemaakt van ICT-toepassingen.
Partnerschap in de regio
In de afgelopen jaren heeft het zoeken naar verbinding met de diverse stakeholders ertoe geleid dat De Meerwaarde in veel bedrijven en instellingen in de regio een goede samenwerkingspartner heeft gevonden, waardoor onze jongeren in het VMBO, het Praktijkonderwijs en het MBO de kans krijgen om in de praktijk goede stage- en werkervaringen op te doen, hun talenten te ontdekken en te ontwikkelen en zich zo te oriënteren op een toekomstig beroep. We werken hierbij graag samen met onze stakeholders, onze educatieve partners. Ontwikkeling en verandering hebben namelijk de grootste kans van slagen als de meest belanghebbenden, er op een of andere manier bij betrokken worden. We vinden het daarnaast belangrijk om, in een tijd vol veranderingen in beroep en samenleving, samen met bedrijven en instellingen in te spelen op toekomstige ontwikkelingen.
Voor het realiseren van Sterk Beroepsonderwijs en Sterk Techniekonderwijs is regionale samenwerking nodig om het onderwijs up-to-date te houden. In de afgelopen jaren hebben we veel ingezet op partnerschap in de regio. Op MBO locatie De Meerwaarde in Barneveld (kleinschalig en dichtbij) kunnen MBO-opleidingen gevolgd worden in de Bouwtechniek, waarbij samengewerkt wordt met MBO Amersfoort. De Meerwaarde is verantwoordelijk voor de uitvoering van het curriculum en MBO Amersfoort verzorgt de examinering.
Hetzelfde geldt voor BGO, de Barneveldse Gezondheidszorgopleiding: BOL-opleidingen Helpende Zorg & Welzijn en Verzorgende IG worden aangeboden in zorgcentrum Neboplus. Betekenis leren en werken in de praktijk!
Docenten van het Praktijkonderwijs verzorgen op De Meerwaarde, in samenwerking met MBO Amersfoort, de Entree-opleiding. Daarnaast is in 2021 gestart met een brede verkenning wat betreft de doorlopende leerroutes vmbo-mbo Techniek (PIE, M&T en BWI).
In de afgelopen jaren heeft De Meerwaarde in veel bedrijven en instellingen in de regio een goede samenwerkingspartner gevonden. Hierdoor krijgen onze jongeren in het VMBO, het Praktijkonderwijs en het MBO de kans krijgen om in de praktijk goede stage- en werkervaringen op te doen, hun talenten te ontdekken en te ontwikkelen en zich zo te oriënteren op een toekomstig beroep. Alle teams werken aan meer levensecht onderwijs door zelf contacten te leggen met bedrijven en instellingen. De maatschappelijke stage is in samenwerking met andere VO-scholen, de gemeente Barneveld en Welzijn Barneveld voor onbepaalde tijd geborgd.
Daarnaast spelen we samen in op toekomstige ontwikkelingen. Een mooi voorbeeld hiervan is de samenwerking met het basisonderwijs. In gezamenlijkheid wordt een programma ontwikkeld voor de leerlingen van de hoogste groepen die straks kennis kunnen maken met de 7 werelden van techniek in de onze nieuwe Techniekhal, die in het voorjaar van 2022 opgeleverd wordt. Daar zal in het kader van Sterk Techniekonderwijs (STO) techniek in de volle breedte in de praktijk gebracht worden en zal er ook ruimte zijn voor onderwijs aan leerlingen van groep 7 en 8 van basisscholen.
Om het belang van deze waardevolle samenwerking te onderstrepen is het de traditie dat we in het voorjaar de informatieve en interactieve bijeenkomst “Samen broeden, gewoon een…eitje” organiseren. In de afgelopen jaren hebben we hiervoor sprekers uitgenodigd, zoals Jos Ahlers (Generatie Z), Ruud Veltenaar (Future Proof) en Gabriël Anthonio (Moedig leiderschap), met aansluitend workshops en een “meet & eat”. Kortom: inspiratie, ontmoeting & verbinding.
Omdat het in 2021 door corona niet mogelijk was om deze bijeenkomst live te organiseren hebben we digitaal “contact” gelegd met onze stakeholders. Een week lang hebben we dagelijks via het versturen van een filmpje op verrassende wijze de samenwerking tussen bedrijven, instellingen en De Meerwaarde in beeld gebracht. Twee jonge talenten van De Meerwaarde zijn hiervoor op bezoek geweest bij bedrijven en instellingen in de regio, hebben gesproken met leidinggevenden, oud- leerlingen en zijn in gesprek gegaan met prominente barnevelders, waaronder de burgemeester en de wethouder van Onderwijs van de gemeente Barneveld en een enkele prominente Nederlander: Minister Slob! Alle betrokkenen onderstreepten het belang van een goede samenwerking tussen onderwijs en bedrijfsleven!
Onderzoekende houding
Er is en wordt ingezet op het ontwikkelen van De Meerwaarde als onderzoekende school. Het goed volgen en begeleiden van leerlingen blijft onze kerntaak en een onderzoekende houding is daarbij essentieel. Via de basisondersteuning willen we per leerroute de begeleiding van leerlingen verder versterken.
Reeds enkele jaren onderzoeken de onderwijskundige teams op De Meerwaarde op welke wijze zij de kwaliteit van het onderwijs kunnen verbeteren en het leersucces van leerlingen kunnen bevorderen. De teamleider is hierbij de initiator en één of meerdere collega’s de onderzoekers. Het onderzoek heeft het professionele gesprek in de teams gestimuleerd: waarom doen we de dingen zoals we ze doen en kan het beter? Vanuit ons eigen Expertise en Begeleidings Centrum (EBC) wordt de onderzoekende houding en het onderzoek doen gestimuleerd en begeleid.
Ontwikkelingen als gevolg van interne en externe kwaliteitszorg
Op De Meerwaarde benaderen we kwaliteit als ‘op de goede plek het goede gesprek over goed onderwijs’. Het goede gesprek, de dialoog, over ‘goed onderwijs’ wordt op alle organisatieniveaus gevoerd om zo gezamenlijk een neus voor kwaliteit te ontwikkelen. De dialoog wordt gevoerd over wat we moeten (wettelijke kaders) en/of wat we willen (onze ambities). Als instrument dat kan helpen bij het bepalen van het onderwerp waarover we een neus voor kwaliteit willen ontwikkelen, worden de zgn. ‘kwaliteitsspiegels’ ingezet. Hierin zijn wettelijke eisen en ambities per organisatieniveau opgenomen. Data die verzameld wordt, bijvoorbeeld via Vensters, kan hierbij dienen als input, als ‘signaal’, voor kwaliteit.
De aanpak van de kwaliteitsbenadering is van formatieve aard: we bepalen gezamenlijk waarover we een neus voor kwaliteit willen ontwikkelen en wat we moeten doen en kunnen om die kwaliteit te bereiken, (onder)zoeken input die ons kan helpen bij de ontwikkeling van een neus voor kwaliteit, bepalen hoe deze input zich verhoudt tot ons ontwikkeldoel, waarna we aan elkaar gaan laten zien hoe ‘kwaliteit’ er uit ziet en wat ons gedrag daarbij is; vervolgens stellen we ‘kwaliteit’ vast en bepalen we hoe we ervoor zorgen dat we die kwaliteit vasthouden of eventueel nog verder moeten ontwikkelen. Vervolgens begint het cyclisch proces opnieuw.
Bovenstaande tekst is in de onderstaande afbeelding gevisualiseerd.

Toetsing en examinering
De organisatie van de kwaliteitsborging rondom de schoolexaminering
“Van toetsbeleid naar toetskwaliteit”
We vinden het belangrijk op De Meerwaarde dat de kwaliteit van onze examens en toetsen in alle leerjaren geborgd is. Sinds 2018 wordt gewerkt vanuit schoolbreed toetsbeleid: een samenhangend geheel van kwaliteitszorg waarin maatregelen en voorzieningen zijn getroffen om de kwaliteit van toetsing en examinering bij regulier toetsing en examinering te bewaken en te bevorderen.
Doel van dit kwaliteitsdocument is dat de kaders met betrekking tot toetsing en examinering duidelijk zijn. Deze kaders worden vervolgens nader geconcretiseerd in leerrouteplannen van de verschillende leerroutes (Basis-Kader en GT). Vakken maken hierop een uitwerking met betrekking tot hun vakgebied. Op deze wijze wordt de kwaliteit van toetsing en examinering geborgd middels een gezamenlijk beeld van toetsing.
Inhoudelijke beschrijving van toetsen (microniveau) en toetsprogramma leerjaar 1-4 (macroniveau) wordt weergegeven in de toetsjaarplannen per vak. Deze worden als bijlage opgenomen in de leerrouteplannen van de verschillende leerroutes.
Voor de bovenbouw heeft het PTA vanwege zijn wettelijke karakter een belangrijke rol in het toetsprogramma. Organisatorische kaders van het PTA zijn deels beschreven in het examenreglement, het toetsbeleid, waarin een handleiding schoolexamen als bijlage is opgenomen en in Handboek examinering.
Ons toetsbeleid is gebaseerd op:
- vernieuwde landelijke regelgeving;
- voortschrijdend inzicht in het licht van de visie op toetsing.
Het beleidsdocument ‘Van toetsbeleid tot toetskwaliteit’ neemt de kaders die gesteld zijn in ons Leerplan ‘Samen talent ontwikkelen’ als uitgangspunt.
Daarnaast is het goed om te vermelden dat ons toetsbeleid beschreven is aan de hand van het spinnenweb van Van den Akker, om zo te komen tot een consistent curriculum. Toetsing is hierbij een van de leerplanaspecten.
Op De Meerwaarde wordt toetsen (en beoordelen) gezien als:
het systematisch verzamelen van informatie over iemands kennis, vaardigheden, inzicht, attitude en/of competentieniveau van een leerling en het geven van een oordeel daarover (feedback).
Formatief evalueren
Ons beleid is dat toetsing het leren van de leerling moet versterken.
In de afgelopen jaren heeft op De Meerwaarde dan ook een transitie plaatsgevonden naar een meer formatieve manier van toetsen en evalueren. Doel is hierbij dat formatief handelen aan het einde van het schooljaar 2022/2023 zichtbaar is in lessen op De Meerwaarde. Sinds de start in schooljaar 2019/2020 hebben alle teams een expert formatieve evaluatie, die een belangrijke rol heeft in de doorontwikkeling van formatief handelen binnen het team en expertise ontwikkelt door deelname aan een landelijk leernetwerk.
Toetsexperts
In schooljaar 2019/2020 is er een toetscommissie (leerjaar 1-4) in het leven geroepen, die bestaat uit vier toetsexperts. Deze experts zijn op de hoogte van landelijke ontwikkelingen en brengen hun expertise in vakken en/of teams. Inmiddels is gerealiseerd dat ook elk vakgebied op De Meerwaarde een toetsexpert heeft. De toetsexpert is voor de toetscommissie het aanspreekpunt vanuit de vakken, coördineert het proces toetsprogramma en draagt zorg voor een juist verloop van het proces toetsing in zijn/haar vakgebied.
Betrokken bij toetsing en examinering
Betrokken bij toetsing en examinering zijn:
- de vakdocenten;
- de toetscommisie (leerjaar 1-4);
- het expertise- en begeleidingscentrum (EBC);
- de examencommissie/examensecretaris;
- de directeur Basis/Kader;
- de directeur GT.
Evaluatie toetsprogramma
Het toetsprogramma wordt jaarlijks in de vakgebieden geëvalueerd. Met de procedure wordt in januari van elk schooljaar gestart:
Een schematische weergave van deze procedure ziet er als volgt uit:
Basiskwaliteit schoolexamen en (centrale) examinering
Met betrekking tot het schoolexamen (PTA) gelden specifieke wettelijke regels. Hoe hier op De Meerwaarde mee om wordt gegaan, is terug te vinden in het ‘Handboek examinering’. Doel van dit handboek is om de betrokken medewerkers van De Meerwaarde duidelijkheid te bieden ten aanzien van de verschillende procedures die betrekking hebben op het School Examen (SE) en het Centraal Examen (CE). Dit zal bijdragen aan een goed verloop van de examens.
Als leidraad hanteert de examencommissie de protocollen van de VO-raad. Naast de wettelijke bepalingen van het Ministerie van OC&W zijn in dit handboek de keuzes die op De Meerwaarde zijn gemaakt ten aanzien van de invulling en uitvoering van de regelgeving beschreven.
Examensecretaris en examencommissie
Op De Meerwaarde heeft de directie een examensecretaris aangewezen. In de praktijk is de examensecretaris de spin in het web, verantwoordelijk voor een correcte en zorgvuldige uitvoering van het geheel van de (school)examenprocedures, in samenwerking met medewerkers op alle niveaus in de school: administratie, secretariaat, applicatiebeheer, examinatoren, schoolleiding en teamleiding, conciërges, roostermakers en andere leden van het OOP. Daarnaast is de examensecretaris doorgaans de contactpersoon voor intern en extern betrokkenen bij het schoolexamen en het centraal examen.
In augustus 2021 is een vernieuwde examencommissie aangesteld die voldoet aan landelijke wet- en regelgeving. De examensecretaris maakt deel uit van de examencommissie, die verder bestaat uit twee onderwijskundigen met een achtergrond in het vmbo-onderwijs. De examencommissie adviseert directie en bestuur ten aanzien van beleidsmatige aspecten. Daarnaast is er een examenbureau ingesteld. Dit orgaan houdt zich bezig met de organisatorische zaken rondom toetsing en examinering in het SE en ondersteunt hierin de examensecretaris. De examensecretaris maakt ook deel uit van het examenbureau.